Grensoverschrijdende Kloostertocht 2018
Hoe kan een pelgrimsmaaltijd een feestje zijn? Het stond wel in de uitnodiging van het NGSJ Regio
Zuidwest. Ik was sinds dit jaar lid van die club, en had al een paar keer tijdens de Wandelingen naar
Santiago aan het Wad meegelopen met de Zeeuwen. En nu was deze wandeling aan de beurt. Een
thuiswedstrijd, want de wandeling had mijn dorp Huijbergen als begin en eindpunt. De kloostertocht
zou worden afgesloten met een maaltijd. Kosten Vijf Euro
vijftig. Een pelgrimsprijsje. Ook voor introducees.
Aangenaam verrast was ik toen ik met mijn drie introducees
het broederhuis binnen kwam. Zo’n grote groep had ik niet
verwacht. De grote ontspanningsruimte was bijna geheel
gevuld met krasse knarren. En een paar jonkies, maar die
waren de veertig ook al gepasseerd. Na de koffie (of thee) en
de koek mocht iedereen zich voorstellen. Het regende
Camino’s en kilometers. Inderdaad krasse knarren die
Zeeuwen. Maar ook een vader en dochter, een docent Duits
met een van zijn leerlingen, en twee vriendinnen waren van
de partij. Leuk zo’n voorstellingsronde.
De route was goed gekozen. Het Mariakapelletje aan de Hollandseweg, een studentenkapel, gebouwd
in enkele dagen tijds door het Brabants Studentengilde werd bezocht. Huijbergen ligt boven op de
Brabantse Wal, dat was merkbaar. De Tiestenberg zat in
het circuit. Tijdens de vele veldwedstrijden wielrennen is
deze zandpukkel de scherprechter die meestal de
uitslag van de wedstrijd bepaalt.
Al snel zaten we in België. De tuin van De Schans in
Essen-Hoek stond vol verrassingen. De beeldhouwer
had zijn best gedaan de vele tentoongestelde structuren
vorm te geven. Aan de overkant van het domein van de
kunstenaar was een andere kunstenaar bezig. Zijn
kunst; mollen steken. Helaas werd café Bostella van
Essen-Hoek, waar je nog een goedkoop kopje koffie
kunt krijgen, voorbij gegaan. Daar was geen tijd voor
want in het Redemptoristen klooster in Rouwmoer stond
Willy met koffie op ons te wachten.
Haha, dat was de afspraak met de enige nog levende eerwaarde broeder van het klooster. Maar
broeder Willy was de afspraak vergeten. Willy was bezig met de zoveelste container te vullen met
goederen, aangeleverd uit de wijde omgeving. De container moest naar Kameroen in dat verre
Afrikaanse land verscheept worden. En was dat niet belangrijker dan koffie inschenken voor een
stelletje kuierende wandelaars?
Willy werd opgespoord. Nadat de alarminstallatie ‘onklaar’ was gemaakt liet een boom van een vent
ons binnen in de kerk van het klooster. Die boom was Willy, de ‘hoeder’ van de kerk, klooster en school.
Willy had missionaris willen worden. Maar zijn roeping lag in het klooster waar de deur voor ons zo lang
gesloten bleef. Willy werd missionaris voor de mensen, zoals hij ons later vertelde in de kantine van het
enorme complex. Dat zijn speech indruk had gemaakt op ons gezelschap was duidelijk tijdens het
inzamelen van de donativos. Meer dan eens werd het geluid van kletterende muntstukken afgewisseld
door het knisperen van papier.
De topper van het bezoek aan het klooster was wel de
openstelling van de bibliotheek. Het leek wel alsof we terecht
waren gekomen in de bieb van Zweinstein, de plek waar
Harry Potter zijn opleiding als tovenaar had gekregen. Zoveel
oude boeken, overal waar je kon kijken. Willy dacht dat er al
minstens vijf jaar niemand meer in de bibliotheek was
geweest. Hij ook niet. De bibliotheek behoorde niet tot zijn
lievelingsbezigheden. Ik kon het niet nalaten een paar
boeken te pakken en door de inhoud te bladeren. Het ene
boek ging over Heiligen van de CSSR (het moderne
Rusland), het andere bevatte de opsomming van
missionarissen en zusters van de Belgische Congo. En in
het kinderboek stond te lezen dat Sinte Claas toch wel een
stem had die heel veel leek op die van ome Piet.
Er bleef voor mij geen tijd meer over, de tuin van het klooster met zijn Lourdesgrot te bezoeken. De
kloostertocht trok verder. Intussen was het gaan regenen, en die regen bleef tijdens de rest van de dag
onze metgezel. Geen probleem natuurlijk, Paraplu’s en poncho’s hielden regen op afstand. Via het
Ree-pad van het grensoverschrijdende park, De Kalmthoutse Heide arriveerden we op tijd bij manege
De Wolfshoek voor onze café St. Jacques. Onze beurs kon gesloten blijven. Het Brugse bockbiertje
dat ik koos bleek in de dagprijs inbegrepen.
Het werd me nu steeds duidelijker. Die pelgrimsmaaltijd straks bestond natuurlijk uit havermout pap en
een stuk taai oud bruinbrood. Ik haat havermout pap.
Wat heb ik me vergist in die pelgrimsmaaltijd. Zoutjes en pepernoten gaven extra kleur aan de netjes
gedekte tafels. En drankjes waren volop aanwezig daar bij de Broeders van Huijbergen. Ook wijn, en
zelfs bier voor mij.
Een sportief geklede kalende man kreeg de aanwezigen stil door met een bel te rammelen. ‘Ik ben
Hans, jullie kok voor vandaan’ zei hij. ‘Koken is een van mijn hobby’s, en ik heb voor jullie het volgende
klaargestoomd’. Dat kon niet waar zijn wat die man allemaal opnoemde. Je kon kiezen uit twee
verschillende soorten soep, Champignonsoep of Vissoep. Het hoofdgerecht was ook al multiple choise.
Zalmschotel, Kipschotel of een Pasta. O ja, we mochten niet allemaal kiezen voor de zalmschotel, zo
groot was de klaargemaakte zalm blijkbaar niet.. Over het nagerecht wou hij nog niets vetellen.
Dat alles voor vijf euro vijftig minus het Brugs bockbier? Goeie grap.
Ik koos voor de vissoep, en ging op zoek naar de vis in soepkom. Warempel, het was echte vissoep,
vol grote stukken vis. En er was genoeg voor een tweede kom soep als je daar zin in had. De
hoofschotel was ook al zo’n topper. Ik was een van de laatsten die mocht aanschuiven in de rij. Er was
nog meer dan genoeg over voor mij als hekkensluiter. Pasta was er nog in overvloed. Kip ook, En
zalm? Ja ook zalm. Het moet wel een reuze zalm geweest zijn die die hobby-kok had kunnen
bemachtigen voor ons. Ook nu bleef er, als je maag groot genoeg was, genoeg over voor een tweede
portie.
Alles heeft zijn prijs. Dat bleek ook deze keer. De kok was
overspannen geraakt door de enorme berg vuile borden
en bestek. Naar het toetje konden we fluiten. Of toch niet?
De oproep, de kok te helpen met de afwas bleek niet voor
dovemans oren bestemd. Ook niet voor dove mansoren.
In een mum van tijd waren de tafels schoon en deden de
vaatwassers in de keuken hun werk. De kok kreeg er
weer zin in en serveerde zelf het toetje voor iedereen die
bij hem langs kwam. Poffertjes met slagroom en een
heerlijke advocaat dressing. Zelfs aan Smiley prikkertjes
was gedacht.
Nu snap ik waarom deze dag zoveel mensen hebben mee
gewandeld. Dank je wel Regio Zuidwest van het NGSJ voor deze gezellige regenachtige
Grensoverschrijdende Kloostertocht. Zeeuwen zijn blijkbaar toch niet zo stug en ‘Zuunig’. En het
presentje voor het koppel dat de route van vandaag hat uitgeplozen was zeker verdiend.
Ik weet het haast zeker. Volgend jaar sta ik weer vernoemd in het lijstje van deelnemers. Tenminste als
Hans dan nog niet uitgekookt is. Dan kom ik weer luisteren naar de nieuwe Camino-verhalen. En wie
weet, misschien ben ik dan ook zelf in Santiago de Compostela geweest.